-
1 peek
n. vluchtige blik; het gluren--------v. gluren; vluchtig kijkenpeek1[ pie:k] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 (vluchtige/steelse) blik ⇒ kijkje♦voorbeelden:————————peek2〈 werkwoord〉1 gluren -
2 glance
n. (vluchtige) blik; oogopslag--------v. gluren, snel bekijken; glanzen; schitterenglance1[ gla:ns] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 (vluchtige) blik ⇒ oogopslag, kijkje2 flits ⇒ glinstering, flikkering♦voorbeelden:1 at a glance • met één oogopslag, onmiddellijk————————glance2〈 werkwoord〉♦voorbeelden:1 glance down/up • een blik naar beneden/boven werpenglance round • (even) rondkijkenglance at • vluchtig/even bekijken, een blik werpen opglance over/through • (even) inkijken/bekijken, doorkijken3 glance aside/off • afschampen, afstuitenglance off • afschampen op, afglijden van 〈 ook figuurlijk〉 -
3 peep
n. vluchtige blik; het gluren--------v. gluren; bekijkenpeep1[ pie:p] 〈 zelfstandig naamwoord〉3 kik ⇒ woord, nieuws4 (vluchtige/steelse) blik ⇒ kijkje♦voorbeelden:take a peep at • vluchtig bekijken————————peep2♦voorbeelden:the flowers are peeping through the soil • de bloemen steken hun kopjes boven de grondII 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
4 glimpse
n. glimp--------v. een glimp opvangenglimpse1[ glimps] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 glimp♦voorbeelden:1 catch/get a glimpse of • eventjes zien, een glimp opvangen van————————glimpse2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
5 glance at
kijken naarglance atvluchtig/even bekijken, een blik werpen op
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский